Reactie op Frans van Houwelingen 29-8-2006

 

Het is jammer dat Frans van Houwelingen tot zijn teleurstellende conclusie komt. Bolhuis heeft namelijk duidelijk gemaakt dat dit

boek zijn persoonlijke getuigenis is en ieder oproept dit te toetsen. Er is dus nergens sprake van het opleggen van zijn mening.

Dat Frans van Houwelingen dit zo ervaart, kan de schrijver niet worden verweten.

            Ook is het bijzonder spijtig dat Van Houwelingen Bolhuis dingen laat zeggen, die niet in het boek staan.

 

Een eerste voorbeeld hiervan is dat Frans van Houwelingens denkt dat Bolhuis bange kinderen van God nog banger maakt omdat

ze geconfronteerd worden met iets dat ze niet bij zichzelf vinden en dat de zwakken in het geloof hiervan de dupe worden.

Van Houwelingen schrijft zelfs: “het zijn ongedoopte en tweederangs, onvolwaardige leden van Gods volk”.

In niet mis te verstane woorden schrijft Frans van Houwelingen hier wat Bolhuis NERGENS schrijft, integendeel zou ik zelfs zeggen.

Redenerend vanuit de verbondsgedachte, zoals veel wordt gedaan in de kerken van Van Houwelingen, wordt vaak gedacht dat

kinderen er niet bij zouden horen als ze niet mogen worden gedoopt. Maar juist Bolhuis sluit aan bij Jezus die de kinderen zegent,

en oproept te worden zoals zij (in geloof). De Bijbel vraagt nergens om kinderen te dopen en toch staan ze bij Jezus (en dus ook

bij ons) centraal.

Veeleer zijn wij de mening toegedaan dat allen die niet hebben kunnen kiezen voor Jezus (om wat voor reden dan ook) zijn

geborgen in het verzoeningswerk van Jezus. Hij is immers gestorven voor de zonden van de gehele wereld? Niet alleen voor hen

die Hem hebben aanvaard. De kritiek van Van Houwelingen is dan ook niet terecht en niet steekhoudend.

 

Een tweede voorbeeld is wat Frans van Houwelingen schrijft over het ‘wegschuiven’ van de Wet en over Israel.

Deze twee –wet en Israel- zijn zo nauw aan elkaar verbonden dat we hierover het volgende willen zeggen:

De zgn. Vervangingstheologie staat welliswaar nergens zwart op wit als leer, maar toch functioneert het weldegelijk zo binnen de

kerken waar Frans van Houwelingen lid van is. Van Houwelingen probeert dit ook aan te tonen door te schrijven dat het niet alleen

om het Joodse volk gaat, maar vele volken. In wezen is dit de kern van de Vervangingstheologie; niet Israël maar alle volken.

Van Houwelingen zet dit kracht bij door de wereldtijd in kort bestek uit te meten in drie perioden van 2000 jaar: Adam-Abram,

Israel-Christus, Christus-nu. Ook noemt hij dit een Bijbelse tijdsindeling.

Wij zouden Van Houwelingen willen aanraden bijvoorbeeld eens het hoofdstuk over ‘het duizendjarige rijk’ in Openbaringen 20 te

lezen. Vaste perioden van 2000 jaar lijkt ons dan onhoudbaar.

God zelf heeft Israel een plaats gegeven onder de hemel, als volk en als land. Het is toch wel erg vreemd dat Israel in 1948 weer

als staat werd erkend, dat duizenden joden terugkeren, dat Jeruzalem –de navel van de aarde- het centrum van de wereld is.

Wie zou daar toch achter zitten? Hij die zegt: Wie aan Israel komt, die komt aan mijn oogappel.

Wat de wet betreft, zouden wij graag verwijzen naar de lesbrief over wet of genade bij de downloads op onze website.

           

Verder schrijft Van Houwelingen dat de Bijbel moeilijk te lezen is. Ons antwoord hierop is dat dit niet komt doordat het in

hoofdstukken is verdeeld. De bijbel zegt er zelf over –wat Bolhuis ook aanhaalt in zijn boek- dat er een bedekking op ligt,

wat alleen door berouw en bekering tot Jezus kan worden weggenomen. De Bijbel van voor tot achter lezen kunnen wij iedereen

aanraden, maar daardoor word je nog geen christen. Alleen zij die Jezus aannemen, in Hem geloven zullen door de Geest van

God herboren worden tot Kind van God (Johannes 1:12). Daar komt geen menselijke (gezins)relatie aan te pas (Johannes 1:13).

 

Tot slot.

Het is jammer dat Van Houwelingen weinig steekhoudend onderbouwt en Bolhuis dingen laat zeggen die hij niet schrijft.  

Gelukkig wijst Van Houwelingen wel zelf ook de uitweg: “Kom naar mij, jullie die vermoeid zijn en onder lasten gebukt gaan, dan

zal ik jullie rust geven (Matt. 11:28).

Dat zijn wij van harte met Van Houwelingen eens. De weg is alleen in Jezus te vinden. Hij belooft ons Zijn heilige Geest indien

wij ons tot Hem wenden in oprechte bekering. Hij laat dan echt geen bidder staan, ook Van Houwelingen niet.